Grote stapel pannenkoeken voor ouderen

Met een hoge kartonnen bakkersmuts op hun hoofd lopen Niek van den Bergh (8), Marilène van der Graaf (8) en Anne-Mare Buijs (8) achter hun juf aan. Vandaag gaan ze met hun klas, groep 5 van de School met de Bijbel in Streefkerk, pannenkoeken bakken voor oudere mensen. Want op 16 maart is het Nationale Pannenkoekendag.

Met de lift zoeven ze naar de tweede verdieping van verzorgingshuis Pedaja in Hardinxveld-Giessendam. Niek mag van juf Anneke Kodde op de knopjes drukken. Met zijn drieën beginnen ze vast met bakken, terwijl de rest van de klas beneden spelletjes doet met de bewoners van het verzorgingshuis.

„Als je je klas aanmeldt voor de Nationale Pannenkoekendag, krijg je een speciaal pannenkoekenpakket opgestuurd”, legt de juf uit. Daar kun je dan pannenkoeken mee bakken voor oudere mensen. Zij vinden dat lekker en gezellig, en de kinderen leren ervan.”

„Ik weet hoe het werkt, er moet water bij de pannenkoekenmix”, zegt Marilène. Meteen pakt ze de maatbeker en houdt die onder de kraan. „Je moet er wel precies genoeg water bij doen, hoor”, waarschuwt de juf. 700 milliliter, staat op het pak. Niek weet hoe dat moet. Hij vult de maatbeker met water en giet er telkens een beetje uit, tot het water precies bij het streepje is waar ”700” voor staat. „Zo, en nu?” Drie paar ogen kijken de juf vragend aan.

De juf legt uit dat je eerst de mix in een beslagkom moet doen. Dan moet er één roeren met een garde, terwijl de ander langzaam het water in de kom giet. De taken zijn snel verdeeld. Niek giet, terwijl Anne-Mare het water door het beslag roert. Marilène staat er met haar neus bovenop. „Hier zit nog wat poeder aan de rand”, wijst ze. Anne-Mare roert nog eens stevig, want er mogen geen klontjes in het beslag zitten.

Ondertussen laat Marilène een klontje boter in de koekenpan smelten. „Moet hier nu het beslag in?” vraagt ze. De juf knikt. „Iets minder dan een volle schep”, legt ze uit. Langzaam verandert het beslag in de koekenpan in een mooie bruine pannenkoek. „Leuk dit”, vindt Niek, terwijl hij alvast een nieuwe kom beslag maakt.

Marilène zwaait enthousiast met een spatel. „Die van mij gaat lukken!” Anne-Mare, die met een andere pan bakt, kijkt benauwd. „Hij zit dubbel, juf.” Toch handig dat de juf een handje helpt, vindt ze.

De kookplaat is lekker warm. Iets té warm, volgens Marilène. „De onderkant is al bruin, maar de bovenkant is nog niet goed.” Ze drukken een paar keer op het minknopje, nu gaat het beter.

Pannenkoek voor pannenkoek wordt de stapel steeds hoger. Niek telt ze even. „We hebben er al acht”, glundert hij. „Nog even doorbakken, jongens”, moedigt een zuster uit het verzorgingshuis aan. „Als jullie er achttien gebakken hebben, heeft iedere bewoner er één.” Dat moet wel lukken, denkt Niek. Op het aanrecht staan nog vier dichte pakken pannenkoekenmix. Die mogen de rest van hun klasgenootjes straks op bakken.

„Wil jij het ook proberen?” vraagt Anne-Mare aan Niek. Hoewel hij nog nooit een pannenkoek heeft gebak- ken, heeft Niek er alle vertrouwen in. Met een vork doet hij een klontje boter in de pan. „Dat sist”, lacht hij. Even later legt hij trots zijn eerste pannenkoek op de stapel. „Deze is perfect”, glundert hij.

Niek van den Bergh (8) uit Streefkerk

Kun je pannenkoeken bakken?
„Nu wel. Een beetje. Ik ben vooral goed in het maken van beslag.”

Konden jullie goed samenwerken?
„Ja best wel. Alleen had ik soms niks te doen, omdat ik het beslag sneller maakte dan dat Marilène en Anne-Mare het op bakten. Maar dat snap ik wel, want beslag heb je zo gemaakt.”

Wat vind jij de lekkerste pannenkoek?
„Mm, een pannenkoek met appel. Of één met suiker. Eigenlijk zijn die allebei wel lekker.”

Anne-Mare Buijs (9) uit Groot-Ammers

Bak je thuis ook pannenkoeken?
„Ja. Mijn achternichtje komt dan helpen. Meestal bak ik in de vakantie pannenkoeken. Ik weet dus al hoe het moet. Vanavond eten we ze ook.”

Hoe vind je het om ze voor oudere mensen te bakken?
„Heel leuk. Oude mensen krijgen niet zo vaak bezoek. Ik vind het mooi om hun iets te geven wat ze leuk vinden. Voordat we gingen bakken zei een mevrouw nog tegen me dat ze het fijn vond dat wij er waren, en dat ze dol is op pannenkoeken.”

Hoe bak je een goede pannenkoek?
„Je moet precies genoeg beslag en in de koekenpan doen, en de pannenkoek op het goede moment omdraaien. Als hij mooi bruin is.”

Marilène van der Graaf (8) uit Groot-Ammers

Wat vind je het leukste van deze ochtend?
„We hebben eerst voor de oude mensen gezongen. Dat was leuk, maar het pannenkoeken bakken vond ik het leukst. Ik had dat nog nooit gedaan, maar het lukte gelukkig goed.”

Houd je zelf van pannenkoeken?
„Een beetje. Ik lust ze alleen met spek. Of met suiker, met zo’n laagje boter eronder.”

Hoe vind je het om pannenkoeken te bakken voor oudere mensen?
„Deze mensen verdienen het om in het zonnetje gezet te worden. De juf vertelde dat sommige oude mensen eenzaam zijn, dus hier worden ze vast blij van.”

× ← →