Femke-Marij kan de preek goed volgen

Iedere zondag gaat Femke-Marij Kloosterman naar de Victorkerk in Apeldoorn. Daar preekt ds. A. A. F. van de Weg. Hoe is haar dominee bezig met het maken van een preek? Femke-Marij: „Ik denk de hele week.”

Femke-Marij (10) vertelt dat de dominee op dit moment een serie preekt. „Nehemia hoort van een broer en een vriend dat Jeruzalem in puin ligt. Hij gaat naar de stad en kijkt ’s nachts wat er allemaal kapot is. Dan gaat hij de stad helemaal opknappen.” Dat viel niet mee, weet Femke-Marij: „Er waren mensen die het werk probeerden tegen te houden. Ze zeiden dat het toch niet zou lukken.”

Een preek maken valt niet mee. Femke-Marij: „Ik denk dat de dominee eerst het Bijbelgedeelte bekijkt en voorbeelden bedenkt. Hij denkt ook na over de uitleg. Daarna moet hij de preek natuurlijk nog opschrijven.” Dominee Van de Weg vertelt hoe hij dat doet: „Allereerst lees ik de Bijbel. Ik zoek een tekst voor de komende zondag. Nu preek ik een serie over Nehemia. Na het kiezen van de tekst, denk ik na over de boodschap. Denk maar aan een bij. Hij kan alleen honing uit de bloem halen, als hij daar tijd en rust voor neemt. Ik bid en vraag om Gods wijsheid, zodat ik Zijn boodschap kan vinden. Ik vraag mij dan af: ‘Wat is de bedoeling van de tekst voor nu?’ De Heilige Geest helpt daarbij. Dat vind ik heel bemoedigend.”

Femke-Marij begrijpt waarom een preek maken tijd kost: „Ik denk dat het moeilijk is om een preek te maken. De geschiedenis vertellen is niet zo moeilijk, maar wel om er een betekenis bij te maken. Een goede les erbij te vinden.”

Dominee Van de Weg preekt graag: „Door preken brengt God jongeren en ouderen tot geloof. Ik mag Christus verkondigen. Daarbij denk ik vaak aan een juwelier. De mooiste edelstenen plaatst hij tegen een zwarte achtergrond. Zo mag ik Christus verkondigen voor zondaren die niets verdienen!”

Preken zijn niet altijd gemakkelijk. Femke-Marij kan dominee Van de Weg echter goed volgen: „Ik kan de preek best wel goed begrijpen. Hij gebruikt geen moeilijke woorden en legt alles goed uit. Hij gebruikt soms voorbeelden in de preek. Meestal is het voorbeeld voor mij een goede vergelijking, maar soms helpt het mij niet zo goed.”

De dominee kan zijn preek niet alleen maken. „Ik moet écht geholpen worden! Dat doet de Heere. Bij de preekstoel bid ik altijd: ‘Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart welgevallig zijn voor Uw aangezicht’ (Ps. 19:15). De Heere helpt. Dat verwondert mij steeds weer.”

Soms raak je tijdens de preek afgeleid. Dat merkt ook Femke-Marij wel eens. Wat de dominee dan moet doen om haar aandacht weer te krijgen? „Een duidelijk voorbeeld geven wat mij aanspreekt!”

Femke-Marij: „Hoort u zelf wel eens een preek?”
Dominee Van de Weg: „Als ik zelf niet hoef te preken, ga ik graag met mijn gezin in de kerk zitten. Maar dat komt niet vaak voor. In de auto luister ik wel vaak een preek van andere dominees. Dat is leerzaam.”

Femke-Marij: „Maakt u een preek helemaal zelf, of gebruikt u wel eens een preek van een andere dominee?”
Dominee Van de Weg: „Wat een mooie vraag! Ik maak de preek helemaal zelf. In de voorbereiding lees ik wel eens een preek van bijvoorbeeld Augustinus of Luther. Dat zijn hele wijze dominees geweest, waar ik veel van kan leren.”

× ← →