„Door de week woon ik in een ander gezin”

Tijdens een gewone schoolweek wonen sommige schipperskinderen niet bij hun ouders of in een internaat, maar in een ander gezin. „Als er een ouderavond is, komt mijn tante daar naartoe.”

JULIA (10) WAAIJENBORG woont door de week bij haar oom en tante, omdat haar ouders op motorbeunschip de “Anne” varen. Met een beunschip kun je nat zand vervoeren, legt Julia uit. Op maandag wordt ze samen met haar zusje per auto naar haar oom en tante gebracht. „Zij hebben vier kinderen, Emma (11) Lize (9), Bart (6) en Maria (0). Op vrijdag haalt mijn moeder ons weer op.”
Julia’s zusje INEZ (8) vertelt: „Wij zitten op de Rehobothschool in Capelle aan den IJssel. Als er een ouderavond is, komt mijn tante daar naartoe. Er zitten geen andere schipperskinderen bij ons op school. Dat vind ik best leuk, want dan kun je dingen uitleggen.”
De jongste van de drie zusjes, is EVY (5). Zij hoopt na de zomer naar haar oom en tante te gaan. „Mijn moeder geeft mij nu nog les. Ik ben al wel een keer wezen ‘oefenen’ met logeren en met naar school gaan. Ik vond het leuk en gezellig, al was ik moe van school. Het is fijn dat ik daar kan spelen met mijn zussen, nichten en neef. Aan boord ben ik door de week alleen.”
Je maakt als schipperskinderen trouwens meer bijzondere dingen mee, behalve dan dat je niet altijd bij je ouders woont. Julia, Inez en Evy hebben in het zand een mammoetbot gevonden!

Een grote familie 

Schippersdochter MENORA ZIJDA (12), die door de week bij een gastgezin woont, heeft eigenlijk een heel grote familie: „Ik heb twee broers, twee zusjes en twee broertjes. Twee van hen wonen nog niet bij het gastgezin, maar de rest wel. En dan heb ik twee pleegbroers die vriendinnen hebben en een pleegbroer die al uit huis is, maar vaak langskomt.”
Aan het begin van elke schoolweek wordt Menora door haar moeder naar het gastgezin gebracht. Op vrijdag – heel soms op zaterdag – gaat ze naar het schip terug. Soms moet ze dan wel twee of drie uur rijden.
„Ik vond het de eerste keer spannend om naar het gastgezin te gaan, maar nu is het wel goed en ik ben er ook best graag. Het is fijn dat ik daar met vriendinnen kan spelen en gewoon naar hen toe kan gaan.”
Toch is Menora het liefst aan boord: „Want daar voelt het als thuis.”
Tegelijk heeft Menora op het schip vaak een vakantiegevoel, want ze komt daarmee in allerlei landen. „En in de zomervakantie zwemmen we buitenboord. Wat ook heel leuk is: als het ruim leeg is, gaan we daar tennissen en voetballen. Mijn zussen skateboarden er graag, het is er lekker glad!”

× ← →