Weg met restafval

Afval is slecht voor het milieu. Daarom wil de Ds. Joannes Beukel­manschool in Alblasser­dam week een rest­afvalvrije school zijn. De leer­lingen moeten daarbij helpen.

Op het schoolplein van de school liggen tientallen lege pakjes drinken. Als je goed kijkt, kun je zien dat al die pakjes een woord vormen: afvalvrij.  

Sinds dinsdag mogen de leerlingen geen pakjes drinken mee naar school nemen. Doen ze dat wel, dan moeten ze de lege verpakkingen weer mee terug naar huis nemen en ze daar in de prullenbak gooien.

Er is een goede reden voor die strenge regel. De school wil ervoor zorgen dat er steeds minder afval weggegooid wordt. Want dat is beter voor het milieu en dus goed voor de schepping. Wist je dat de meeste klassen per jaar meer dan duizend lege pakjes drinken weggooien?

Lastig
Om te leren hoe ze het beste voor het milieu kunnen zorgen, krijgen de leerlingen van groep 6/7 les van Koos de Vuilnisman. Koos legt uit hoe je afval kunt scheiden: plastic hoort in de plasticbak, textiel in de textielcontainer, karton bij het oud papier, en kapotte apparaten breng je naar een speciale inzamelplek. En wist je dat het ook een goed idee is om kapotte pennen, batterijen en ijzer te scheiden van het overige afval? Die kunnen namelijk ook hergebruikt, of met een moeilijk woord ge­recycled, worden.

Best lastig, al die soorten afval, vinden de leerlingen. Daarom gaan ze ermee oefenen. Ze mogen oude apparaten uit elkaar halen en moeten alle onderdelen in de juiste afval­bak gooien. Plastic bij plastic, schroefjes bij ijzer, enzovoorts.
Een groepje leerlingen staat om een kapotte wasmachine heen. Ton, die het apparaat geregeld heeft, is met een rood hoofd van inspanning met een schroevendraaier in de weer. „Dit is echt gaaf joh”, zegt hij, terwijl hij een groot stuk plastic van de was­machine sloopt.

Hartjes en hertjes
Aan het eind van de ochtend volgt er een verrassing voor de leerlingen: ze krijgen alle­maal een eigen brooddoos en drink­beker, zodat ze voortaan zo min mogelijk rommel mee naar school zullen nemen. „Joepie!” schreeuwt de klas, als ze de mooie dozen en drinkbekers zien.

Alle leerlingen hebben zelf de kleur van hun bekers en dozen uitgekozen. Ook staat hun naam erop en een zelfgekozen plaatje. Zo heeft Alieke een blauwe doos met een hartje erop, Jonathan een hert, en Willianne een vlinder. De leerlingen laten de brood­dozen trots aan elkaar zien. „Welke heb jij?” vraagt Jorian, die een plaatje van een motor op zijn broodtrommel heeft, aan Geert. „Een voetballer. Mooi, hè?”
Als alle dozen uitgereikt zijn, kijkt Peter een beetje teleurgesteld om zich heen. „De mijne moet nog komen”, zegt hij. Dat is pech voor hem. „Want”, zegt de juf, „jullie mogen vanaf nu écht geen pakjes drinken meer meenemen!”